Wij stellen u voor aan: Geert Rigters ( 1995 ), zanger / acteur. Hij is afkomstig uit Kortenhoef, maar hij woont al jaren in het Verenigd Koninkrijk.
Geert was een jongenssopraan en zong op zijn zesde al in een jeugdkoor. Op de basisschool vonden ze hem een rare snuiter. Geert kon immers niet hard rennen en vond niets aan voetballen. Op het Goois Lyceum speelde dat helemaal niet. Daar was hij een populaire leerling die in alle schoolmusicals een rol had.
In de musicalklas in Bussum had hij een Engelse docente. Via haar ontdekte hij de Engelse zangcultuur en werd het duidelijk dat hij zijn zangstudie in het Verenigd Koninkrijk wilde volgen Hij studeerde zang en drama aan de universiteit van Kingston upon Thames.
Hij werkt momenteel als Front of house and events manager bij het Rose Theatre in Kingston upon Thames. Zodra hij de kans krijgt, staat hij op de bühne.
‘Het kost heel veel tijd om je als musicalzanger te vestigen, laat staan dat je doorbreekt tot de top. Dat gaat heel langzaam en is afhankelijk van veel factoren: er moeten rollen vrij komen waar jij qua stem, postuur en persoonlijkheid bij past. Er is een moordende concurrentie. Er zijn er nog vijftienhonderd die hetzelfde willen. En net als voor iedere andere baan moet je gewoon met een mail solliciteren en is het duister waarom je wel of niet wordt uitgenodigd om te auditeren.’
‘Ik voel me momenteel niet echt een kunstenaar. Totdat ik er echt van kan leven werk ik in het Rose Theatre. Gelukkig binnen een theateromgeving. Feitelijk ben ik gewoon kantoorslaaf. Ik doe wel nuttig werk. Ik maak het voor andere mensen mogelijk om kunst te beoefenen. Wat er ook in mijn carrière gebeurt, ik wil op de een of andere manier met het theater verbonden zijn. Liefst als als zanger of acteur, maar wie weet ook wel als dirigent of regisseur.’
‘Het is mijn droom als zanger ooit een keer door te breken. Ik wil het in ieder geval geprobeerd hebben. Die kans bestaat echt. Ik gooi zoveel mogelijk ankers uit en kijk waar ze blijven haken. Ik moet geduld hebben en het moet mee zitten. Het kan alle kanten op.’
‘Waarom musical?…….Ik heb een echte musicalstem. Mijn stembereik is heel breed: van lage bariton tot countertenor. Ik ben eigenlijk nog nooit iemand tegen gekomen die dat ook heeft. Ik heb tijdens mijn opleiding twee jaar (echt) klassieke zang gestudeerd. Dat heeft me een uitstekende basis gegeven voor wat ik wil en kan. Ik heb absoluut geen stem voor rockmuziek. Natuurlijk heb ik het wel eens geprobeerd. Dat is niet echt een succes. Ik ben wel in staat zo’n stem een tijdje te acteren, maar daar word ik op den duur doodmoe van. Eigenlijk ben ik te keurig opgeleid om met een rockstem te zingen. (lacht) Ik zou wel graag eens iets willen doen in de Matthäus Passion.’
‘Nee, mijn ouders zingen niet. (lacht) Nou ja, als je ze genoeg drank geeft….. Maar dan zingt iedereen. Er werd thuis wel naar muziek geluisterd. Van Dire Straits en Pink Floyd tot klassiek.’
‘Ik luister veel naar muziek. Het is mijn vak! Meestal klassiek, of de popmuziek van thuis. En natuurlijk musicals, oud en bekend, maar vooral naar wat nieuw uitkomt. Op Broadway draait net Sponge Bob en al zegt zo’n titel me niet direct iets, ik moet er toch naar luisteren. Je weet immers nooit of zich kansen op een rol voordoen.
‘Musical heeft in Nederland geen geweldige status. Er wordt met meer respect naar klassieke zang en zelfs naar pop gekeken. In Engeland en de Verenigde Staten is dat echt anders. Daar heeft musical veel meer aanzien. Met mijn stem is het dus goed om me meer internationaal te richten.’
‘Als klassiek musicus, maar ook als musicalzanger voer je altijd werk van anderen uit. Je creëert de interpretatie van een bestaand werk en daarom is het kunst. Bovendien, vindt die creatie plaats onder druk: je moet ieder optreden opnieuw de aandacht van het publiek winnen en vasthouden. Nu gedraagt een volwassen publiek zich meestal sociaal gewenst. Desnoods doen ze net of ze belangstelling hebben. Kinderen zijn onbarmhartig. Die verlies je gewoon als je er niet in slaagt de verbinding tot stand te brengen. Kinderen zijn dus een prima graadmeter.’
‘Iedereen kan zingen. Maar niet iedereen is even getalenteerd en niet iedereen steekt er evenveel energie in om goed te zingen. Als mensen zingen te gemakkelijk benaderen en te arrogant zijn om te oefenen, produceren ze lelijk gezang.’
‘Je moet je nooit vergelijken met anderen. In een ruimte behoor je altijd tot de middenmoot. Er zijn altijd mensen die beter zingen en er zijn mensen die slechter zingen dan jij.’
Video: Geert Rigters @Edfringe 2017