Natalie Vinke, 1970, is beeldend kunstenaar. Zij inspireert ons door de manier waarop zij creatieve visie en ambachtelijkheid combineert en de authentieke, gewetensvolle manier waarop zij over haar kunstenaarschap praat.
Naast het maken van beeldende kunst is Natalie directeur van Terra Art Projects te Zoetermeer, maakt ze grafische ontwerpen en houdt ze zich bezig met de vormgeving van websites.
‘Zo ver mijn herinneringen terug gaan was ik altijd al bezig met tekenen en schilderen. Ik kom niet uit een kunstenaarsmilieu, dat tekenen was er gewoon. Zo zagen mijn ouders dat ook. Ik werd niet bijzonder door hen gemotiveerd, maar ook niet gedemotiveerd. Toen ik wat groter werd en na ging denken over beroepskeuze was het duidelijk dat ik iets creatiefs wilde doen, iets waar ideeën en handvaardigheid voor nodig zijn. De kunstacademie …., ik dacht dat ik daar niet goed genoeg voor zou zijn. Het kwam eigenlijk niet in me op daar te gaan studeren. Ik belandde op mijn zestiende gewoon op de modevakschool ( presenteren en etaleren). Mijn eerste baan was in de grafische sector, daarna ging ik bij reclamebureaus werken. Die banen maakten me duidelijk dat ik dat eigenlijk helemaal niet wilde en dat ik andere ambities had. Zodoende maakte ik pas later de keuze beeldend kunstenaar te worden.’
‘Ik voel me kunstenaar. Ik wil op een andere manier naar dingen kijken en over dingen denken. Weinig vooroordeel, wars van hokjesgeest, ongebaande paden, los van gewoonten en tradities, nieuwe ontwikkelingen zoeken,…….vrijheid. Ik kan die vrijheid aan.’
‘Tja, wat is kunst? Kunst is uniek en met overtuiging gemaakt. De kwaliteit van kunst zit in de techniek, het vakmanschap en de zorg waarmee het gemaakt is, maar ook in de eigenheid en de mate waarin het de kijker verrast. Kunst is slechts te beoordelen in de tijdgeest. Het is vernieuwend ten opzichte van het bestaande. Kunst hoeft trouwens niet mooi te zijn. Vroeg werk van Armando. Rauw, ongepolijst, ongetemd en weerbarstig. En daardoor toch weer mooi.’
‘Als iets te gemakkelijk tot stand komt, vertrouw ik het niet. Kunst moet met moeite ontstaan en dat moet je er aan af kunnen zien. Als dat niet aan ambachtelijke en technische aspecten is, dan in ieder geval aan het concept. De visie er achter. Maar als het te conceptueel wordt, haak ik af. Kunst moet geen kunstje worden.’
‘Ik stel me wel bloot aan kunstuitingen die ik niet begrijp. Ik laat me gidsen, wil uitleg, verdiep me er in. Ik zoek de confrontatie. Maar ja, als je al zoveel moeite moet doen om er iets bij te voelen…..’
‘Mijn kunst vertelt een verhaal. Wat ik maak gaat over vragen die ik mezelf stel. Waarom? Wat is de norm? Wie bepaalt? Ik schilder mijn oordeel: goed of slecht, mooi of lelijk. Mijn werk bevat een meetlat en een duidelijke plus en min. Vaak letterlijk. Minnen staan voor onvolkomen en slecht. Plussen staan voor goed. Daar moet je naar toe. Verticale lijnen staan voor groei en evenwicht. Ze staan voor het positieve gebaar. Horizontale staan voor grenzen en strevens. Die noem ik in gedachten streeflijnen. Ik zoek eigenlijk niet naar antwoorden. Ik kwam er pas na een paar jaar achter wat ik eigenlijk aan het schilderen was.’
‘De natuur fascineert me. Die laat zich niet een wil opleggen. Ik schilder combinaties van wilde en geciviliseerde natuur. Uitgebloeide berenklauw en gecultiveerde roos. Fluitenkruid is lekker recalcitrant. Het gaat staan waar het wil staan. Daar herken ik mezelf in.’
Nadat een werk klaar is, geeft ik het een titel. Die tekst is een wezenlijk onderdeel van het kunstwerk en wat ik er mee wil oproepen. Ik ontleen mijn teksten aan songteksten. Momenteel put ik uit het werk van John Denver. Op een recente studiereis naar China werd zijn muziek voortdurend gedraaid. Vandaar! Daarvoor haalde ik ze bij Paul Weller. Nee, ik verzin ze niet zelf. Nog niet.’
‘Na China ben ik pas in kleur gaan werken. Daarvoor schilderde ik in zwart, grijs en bruin. Het is een voortdurende ontwikkeling. Ik ben de afgelopen maanden al een paar keer wakker geworden met ideeën, waarvan ik denk: o ja, dat kan ook.’